top of page

Werkbezoek in Malawi

Lieve vrienden,

Terwijl ik naar buiten, naar de regen kijk, bedenk ik dat zelfs die hier anders is ....

Vier dagen terug thuis van een geslaagd verblijf in Malawi. Zoals de vorige jaren, ben ik weer drie weken daar geweest. Meerdere keren een poging ondernomen om een verslag te sturen ; met zoals jullie hebben gemerkt, geen resultaat. Enkel een bij iedere poging verhoogde frustatie van mijnentwege. Ben er uiteindelijk dan maar mee gestopt met het voornemen een reisverslagje te schrijven bij thuiskomst.

Toen het vliegtuig op 11 februari de daling inzette, zag ik het al ... Een groen landschap ! Wat een verschil met vorig jaar in februari toen er een extreme droogte was met daaropvolgend in april zo goed als geen oogst en dus een jaar lang grote hongersnood. Maandag bij een eerste rit naar Sitima werd mijn vermoeden bevestigd. Overal waar je keek, stond de mais bijna twee meter hoog. Van zeer fris en groen tot vrij groen maar overal met één of twee gezonde kolven. Nog niet helemaal rijp.

Later op de week, bij de ‘huisbezoeken’ in de dorpen zag ik dat er wel al overal van de mais werd gegeten. Geroosterde of gekookte kolven. De gekookte maiskolven zijn in tegenstelling tot de geroosterde wit en zeer zacht om te eten. Vooral de kleinere kinderen eten ze zo uit het vuistje.

De planning die de eerste maandag met het team en de CBO werd opgemaakt, liep tegen vier uur die namiddag al mis ... Het nieuws dat de vrouwelijke chief van Chabwera die middag vrij onverwachts was overleden, bereikte ons vrijwel direct. In de vorm van een verzoek. Of wij de kist wilden betalen .... Karine ( vaste reisgezel van Non Profit die met mij in dezelfde dorpen werkt ) en ik kennen chief Chabwera al een zestal jaren en hebben een goede band met haar. Dus uiteraard gingen wij op het verzoek in, met een voor ons niet alledaags bezoek aan de ‘coffinmaker’. Een eenvoudige kist kost een kleine 60€. Een gemiddeld goed maandloon is zoiets van een 8 à10€ ... Als je al werk hebt uiteraard. Heel veel geld dus voor een uit ‘fluitjeshout’ gemaakte kist die volledig beplakt wordt met een soort van kastpapier met houtmotief. Motief èn kleur kunnen gekozen worden, net als de kitscherige, plastieken ornamenten en handvaten die er als laatste worden opgekleefd. De kist geeft de status van de overledene weer en is de graadmeter van respect en geliefd zijn. En het ging hier wel om een zeer geliefde en gerespecteerde chief .... Toch hadden we het gevoel dat onze keuze voor een eenvoudige kist in een mooie warme roestkleur de juiste was.

Dinsdag om om 13.00 uur werden we op de begrafenisceremonie verwacht. Bij navraag wisten we al dat die gewoonlijk een viertal uren duurt ... Zelden zo onder de indruk geweest. Hoe puur , hoe mooi zelfs kan innig verdriet zijn. En waar hebben wij dit, op onze weg naar ‘beschaving’ verleerd ?

Honderden mensen, gezeten in de velden rond het huisje en erf van de chief. Een groep van rouwende vrouwen gekleed in zarte rok, witte katoenen tuniek en witte sjaal op het hoofd, kwamen in processie het erf op. Ze droegen ieder van hen een identiek bloemstuk, gemaakt uit bloemen en grassen uit het veld en zongen ... Prachtige, zo zuivere gezangen waarboven af en toe het hartverscheurend huilen te horen was van de naaste vrouwelijke familieleden. Na een laatste wassen van het dode lichaam werd de kist op het erf geplaatst. Chiefs van verschillende dorpen uit de verre omgeving voerden een typisch toneeltje op waarin een boodschap, een les voor de aanwezigen zit. Onze tolk vertaalde zo goed mogelijk voor ons en naar wat wij er van konden opmaken, werd de opvolging van de overleden chief besproken. Een katholieke priester kwam ‘ten toneele’ , hield een preek en ging op zeer pathetische wijze voor in de gebeden. De rouwende vrouwen verlieten het erf en leidden de menigte naar de laatste rustplaatsvan de chief. Een lange stoet van mensen kronkelde zich als een rups door de maisvelden. Op zeer smalle zandpaadjes, soms wadend door water. De kist werd door een zee van handen gedragen tot onder een grote mangoboom die op een open plek stond.

Hetzelfde scenario herhaalde zich. Een massa mensen, mannen en vrouwen gescheiden, die zich in alle stilte neerzetten. De rouwende vrouwen rond de grafput. Nadat de kist was neergelaten en door tientallen mannenhanden schop per schop onder de aarde verdween, was het tijd voor een allerlaatste afscheid. Eén voor één werden de rechtstreekse familieleden tot bij het graf gebracht waar ze een bloemstuk legden. De dochter, kleindochter, zuster van de overledene volledig in trance en begeleid door twee of drie vrouwen .... De zonen, kleinzonen, broers .... Nadat een Onze Vader werd gebeden vertrok iedereen huiswaarts. Velen waren van heinde en ver gekomen en hadden nog een lange tocht voor de boeg. Toen ik vertrok keek ik nog eens om en zag een tombe van rood zand, bedolven onder de bloemen met bovenop een kruis. Een waardige rustplaats voor chief Chabwera.

Maar het leven gaat voort. Ook, of moet ik zeggen, zeker in Malawi.

Woensdag startte ons volle programma van bezoeken aan de armsten en wezen van 9 dorpen. Met de fiets, over smalle wegeltjes door de maisvelden. Door zand, door modder, door water. Soms te voet, de fiets aan de hand omdat er geen doorkomen aan was. Toch altijd goed uitkijkend of er nergens een slang te bespeuren was ..... Met momenten oververhit door de zon, dan weer goed nat door een ‘regenshower’. Geen regenjasje of paraplu nodig, opdrogen ging vanzelf.

Terwijl ik met Karine de dorpen introk, begon Bruno aan de schilderwerken in ons schooltje in Nyeliwa. De week voor zijn komst had ik alles al geregeld zodat hij bij aankomst direct aan de slag kon. Samen met zes mannen uit drie dorpen die tot onze schoolgemeenschap horen. Uitgekozen door de respectievelijke chiefs. Alles was voorhanden. Schilders, verf, borstels, tinner en véél goesting om eraan te beginnen. Frisse, hevige kleuren voor de klaslokalen. Groen met zachtblauw en oranje met zachtroze denk aan zalmroze. Op het eerste zicht nogal flashy, maar éénmaal aangebracht toch wel fris en vrolijk, zoals het hoort in een kleuterschool.

Het hele karwei was klaar na twee en een halve dagen werk. Twee klassen, het bureau, de keuken en de toiletten. Plus het aanbrengen van Samala Belgium op de voorgevel en de getallen en letters van het alfabet op de muren in de klasjes.

Wij fier, de leerkrachten fier, de chiefs fier en de kindjes ..... blij met zoveel nieuw speelgoed en materiaal ! Op de foto’s allemaal stralende gezichten. De kinderen in hun blauw/oranje schooluniformpjes. De leerkrachten ook in uniform. Ze mochten zelf kiezen ..... Flashy kleurtjes. Rood/gele stof voor de dames verwerkt tot een rok en tuniek. De heren in felroze hemd mèt das en zwarte broek ! Ook de cooks en cleaners met hun feloranje schort ! Die heb ik zelf gekocht, vandaar .

105 kinderen zijn er ingeschreven. 105 kinderen die elke dag een maaltijd krijgen 105 kinderen die geluk hebben om naar school te kunnen 105 kinderen onder één druppel op een hete plaat

Er is nog veel werk aan de winkel. Vooral pedagogisch. De manier waarop les gegeven wordt is verre van ideaal. De leerkracht zegt voor, de kinderen zeggen na. Het is niet omdat je tot tien kan tellen dat je twee blokken kan nemen. Door het alfabet te laten opdreunen door een vierjarige leer je memoriseren, meer niet. Alle lichaamsdelen in het Engels kunnen benoemen, achter elkaar in steeds dezelfde volgorde, dat wel; maar om zomaar je neus te kunnen aanduiden .... ? Heel aandoenlijk hoe mooi ze hun gebedje voor het eten opdreunen; oogjes gesloten, handjes gevouwen. Propere handjes, want voor het eten moeten ze allemaal één voor één hun handjes wassen. Belangrijk van hen iets van hygiëne aan te leren. Net zoals tandjes poetsen. Als dat iedere dag op school kan gebeuren is dat al heel wat.

Misschien dat ik in september wel terug ga, voor een weekje. Enkel en alleen in het schooltje. De leerkrachten het materiaal leren gebruiken is een eerste stap. Hen laten zien hoe je met legoblokken ook kleuren kan aanleren, hoe je kan leren tellen met diezelfde blokjes. Een kleuter moet het alfabet niet kunnen opdreunen, en al zeker niet kunnen schrijven. Basisvaardigheden aanleren. Samen spelen met een bal, puzzelen, kleuren, scheuren en plakken, .... Een verhaal vertellen uit een boek is moeilijk als je het nooit is voorgedaan ...

Als het je nooit is voorgedaan .... Daar zit veel in. Daar zit voor een stuk de essentie denk ik. Daar kunnen we het verschil maken. Door het hen voor te doen, door het hen te leren .

Onze voedselbank bijvoorbeeld heeft de boeren geleerd een deel van de oogst op te slaan en te verkopen als de prijs hoog is. Vraag en aanbod. De opbrengst kan mee worden gebruikt om voedsel te kopen voor de weeskinderen . Mango’s drogen hebben we moeten aanleren. Op zich niet zò moeilijk. Enige investering is een rooster, een matje eventueel; de warmte van de zon is gratis, de mango’s ook. Voordien lagen de mango’s te rotten onder de bomen. Niemand die er wat mee deed. Nu worden de gedroogde mangoschijfjes bewaard en opgegeten als er minder voorhanden is of worden ze verkocht. Door de ondersteuning van Non Profit bevoorbeeld worden er gedroogde mango’s verkocht in African Shops in Zomba. Mango’s van mensen uit onze 9 dorpen. Het zijn kleine stapjes voorwaarts op weg naar een beetje meer zelfstandigheid.

In het kader van het aanleren van vaardigheden in de dorpen, bezocht ik een opleidingscentrum voor jonge mensen in Thondwe. Korte tot middellange cursussen voor schrijnwerker, metser, kleermaker ... Ik schrok van hoe ver de studenten kwamen om een vaardigheid aan te leren met de bedoeling er zelfstandig mee aan de slag te gaan. Dat betekent dat de meeste van hen verblijven in een kosthuis op het domein van het opleidingscentrum. Dat betekent dat ze op de één of andere manier financieel gesteund worden om het kostgeld te kunnen betalen. Het zijn gemotiveerde jonge mensen die dankbaar zijn dat ze een kans krijgen en die met twee handen aannemen. In tegenstelling tot de kleuters in ons schooltje wéten zij dat ze onder een druppel op een hete plaat staan.

Van het ene project in het andere.

Tijdens mijn verblijf bezocht ik ook enkele irrigatieprojecten. Daar leerde ik vooral dat dit een zaak is die ondersteuning nodig heeft van de overheid van Malawi. Zoals het SKIM –gebied waar door de Chinezen in 1960 irrigatiekanalen zijn gegraven die pas vier jaar geleden door de Malawese Staat zijn gebetonneerd. Een gebied waar er àltijd voldoende irrigatie in de velden is en dus nooit tekort aan voedsel is. Je waant je in een ander land. Groene rijstvelden , grasvelden, koeien ..... Maar met een prijskaartje van miljoenen euros.

Systemen van afwatering door middel van dakgoten. Hoe simpel kan het zijn .... Inderdaad, geen ènkel huisje/hutje in de dorpen heeft dakgoten. De projecten die ik bezocht werkten wel onder ideale omstandigheden d.w.z. het regenwater werd opgevangen via regenpijpen in een watertank. Vandaar liepen irrigatiebuizen in de velden ....die daar onmiddellijk achter lagen. In de dorpen ligt het veld zelden onmiddellijk aan het huisje van de bewoner. Het is vaak veel verder, dikwijls een gehuurd lapje grond ... Om dezelfde reden kan er ook niet rechtstreeks uit de nabij gelegen rivier gepomt worden omdat die veel te ver ligt van de de meeste velden.

Een andere mogelijkheid is het aanleggen van een grote vijver in moerasgebied. De vijver die vooral héél diep moet zijn houdt tijdens het regenseizoen het water vast. Bij droogte kunnen vandaar dan ook weer irrigatiepijpen naar het veld gelegd worden. De vijver die ik bezocht zat ook vol vis. Dus twee vliegen in één klap: water en voedsel .... Helaas, slechts twee van onze negen dorpen liggen in moerasgebied en dan is er nog steeds het probleem van de nabijheid van de velden.

Water, irrigatie het zijn dè grote uitdagingen voor de toekomst in Malawi en vele landen in Afrika. Uitdagingen die tè groot zijn om als kleine vzw mee bezig te zijn. Laten we het maar houden op die ene druppel .....

Danielle maandag 6 maart 2017

Recente berichten
Archief
bottom of page